Ga naar de inhoud

Ten slotte

Het is een spannende tijd waarin wij nu leven. Zijn mensen bewuster gaan leven na een wereldwijde pandemie en nu een oorlog op Europese bodem? Wie bestuurt het alles? Is er een ‘macht‘ die alles in de hand houdt? Ik moet dan denken aan Johan. Op gezette tijden gaat hij naar zijn vriend Gerard die kapper is. Onder ‘het mes’ hebben ze de mooiste gesprekken. Meestal over het nieuws of de sport, maar soms ook over ernstiger vragen van het leven. Gerard is niet gelovig. Nee, als God zou bestaan, dan zou er niet zoveel pijn en verdriet, zoveel nood en dood zijn. Als God zou bestaan, dan zag de wereld er wel anders uit. Johan heeft er verdriet van als hij zijn vriend zo hoort spreken. Meestal lukt het nog wel om een paar goede woorden van God te vertellen. Maar die woorden raken niet het hart van Gerard. Na de knipbeurt gaat Johan weer naar huis, stilletjes. Hij is nog maar net op straat of hij ziet aan de overkant een man lopen met verschrikkelijk lang haar en een ongeknipte baard. Plotseling krijgt hij een idee. Hij rent terug naar de kapperszaak en roept tegen zijn vriend: ‘Kappers bestaan niet, kappers bestaan niet’. Gerard kijkt wat verwonderd op. Wat zeg je nou? Kijk eens goed rond. Je ziet toch dat kappers bestaan? Nee, kappers bestaan niet want buiten loopt een man met vies lang haar en een onverzorgde baard. Kan zijn, zegt Gerard, maar dan moet hij wel komen! Is het in het geloof ook zo? God is er maar als wij niet naar Hem toegaan, als we die uitgestoken Hand steeds afwijzen, dan missen we veel, ja alles. Ik zie u denken: mag je dit zomaar één op één overzetten? Nee, eigenlijk niet. Ook deze vergelijking gaat mank. En toch zit er een les in: als we niet naar de kapper gaan, worden we niet geknipt. Als we God niet zoeken, worden we niet gered en zitten we op een doodlopende weg. Hangt het dan helemaal van onszelf af. Nee, gelukkig niet. Het is de Heere Zelf die dit verlangen naar Hem in ons hart legt. Naar de kapper gaan we zo om de vijf of zes weken. Maar de deur naar de hemel staat altijd open. Bij Hem kunnen we altijd terecht: elke dag, elk uur, elk ogenblik. Van harte Gods zegen toegewenst, van huis tot huis,
De kerkenraad